8. Toelichting op de onderscheiden posten van de geconsolideerde balans

Activa

Vaste activa

1.1.1.

 

Immateriële vaste activa

        
           

1.1.1.3.

 

Goodwill

        
           
  

Aanschafprijs

     

1-1-2022

 

7.097.496

  

Afschrijvingen

     

1-1-2022

 

-5.470.986

  

Boekwaarde

     

1-1-2022

 

1.626.510

           
  

Investeringen

     

2022

 

-

  

Desinvesteringen aanschafwaarde

     

2022

 

-

  

Desinvesteringen afschrijvingen

     

2022

 

-

  

Afschrijvingen

     

2022

 

-354.875

           
  

Aanschafprijs

     

31-12-2022

 

7.097.496

  

Afschrijvingen

     

31-12-2022

 

-5.825.861

  

Boekwaarde

     

31-12-2022

 

1.271.635

De goodwill wordt afgeschreven over een periode van 20 jaar.

1.1.2.

 

Materiële vaste activa

     

31-12-2022

 

31-12-2021

           

1.1.2.1.

 

Gebouwen

     

122.954.701

 

122.446.053

1.1.2.2.

 

Terreinen

     

17.178.373

 

16.991.650

1.1.2.3.

 

Inventaris en apparatuur

     

12.122.829

 

13.771.331

        

152.255.903

 

153.209.035

           
           

1.1.2.1

 

Gebouwen

   

Gebouwen

 

Gebouwen
in aanbouw

 

Totaal gebouwen

           
  

Aanschafprijs

 

1-1-2022

 

212.755.445

 

6.343.756

 

219.099.202

  

Afschrijvingen

 

1-1-2022

 

-96.653.149

 

-

 

-96.653.149

  

Boekwaarde

 

1-1-2022

 

116.102.297

 

6.343.756

 

122.446.053

           
  

Investeringen

 

2022

 

5.368.926

 

3.437.319

 

8.806.245

  

Desinvesteringen aanschafwaarde

 

2022

 

428.613

 

-

 

428.613

  

Desinvesteringen afschrijvingen

 

2022

 

-428.613

 

-

 

-428.613

  

Afschrijvingen

 

2022

 

-8.297.597

 

-

 

-8.297.597

           
  

Aanschafprijs

 

31-12-2022

 

217.695.759

 

9.781.075

 

227.476.834

  

Afschrijvingen

 

31-12-2022

 

-104.522.132

 

-

 

-104.522.132

  

Boekwaarde

 

31-12-2022

 

113.173.626

 

9.781.075

 

122.954.701

Gebouwen worden geactiveerd per begin boekjaar (01-01).

De gebouwen in uitvoering bestaan uit Marga Klompé, bestemd voor onderwijs en zelfstudie (m€ 6,1), renovatie serverruimte (m€ 0,8), Mindlabs Nieuwbouw (m€, 0,8) en overig (m€ 1,9). 

De desinvestering (m€ 0,4) betreft volledig afgeschreven activa binnen TIAS.

1.1.2.2

 

Terreinen

   

Terreinen

 

Terreinen inrichting

 

Totaal terreinen

           
  

Aanschafprijs

 

1-1-2022

 

14.289.569

 

5.765.745

 

20.055.314

  

Afschrijvingen

 

1-1-2022

 

-

 

-3.063.663

 

3.063.663-

  

Boekwaarde

 

1-1-2022

 

14.289.569

 

2.702.081

 

16.991.650

           
  

Investeringen

 

2022

 

-

 

581.031

 

581.031

  

Desinvesteringen aanschafwaarde

 

2022

 

-

 

-

 

-

  

Desinvesteringen afschrijvingen

 

2022

 

-

 

-

 

-

  

Afschrijvingen

 

2022

 

-

 

-394.309

 

-394.309

           
  

Aanschafprijs

 

31-12-2022

 

14.289.569

 

6.346.776

 

20.636.345

  

Afschrijvingen

 

31-12-2022

 

-

 

-3.457.972

 

-3.457.972

  

Boekwaarde

 

31-12-2022

 

14.289.569

 

2.888.804

 

17.178.373

1.1.2.3.

 

Inventaris en apparatuur

       

Inventaris en apparatuur

           
  

Aanschafprijs

     

1-1-2022

 

31.597.349

  

Afschrijvingen

     

1-1-2022

 

-17.826.018

  

Boekwaarde

     

1-1-2022

 

13.771.331

           
  

Investeringen

     

2022

 

4.024.247

  

Desinvesteringen aanschafwaarde

     

2022

 

4.220.817

  

Desinvesteringen afschrijvingen

     

2022

 

-4.220.817

  

Afschrijvingen

     

2022

 

-5.672.750

           
  

Aanschafprijs

     

31-12-2022

 

31.400.779

  

Afschrijvingen

     

31-12-2022

 

-19.277.951

  

Boekwaarde

     

31-12-2022

 

12.122.829

Inventaris en apparatuur met een boekwaarde van nihil per 1-1 zijn per ultimo boekjaar als desinvesteringen opgenomen en als zodanig verwerkt. Bij Tilburg University gaat dit om een bedrag van m€ 3,8 en voor TIAS een bedrag van m€ 0,4.   

Inventaris en apparatuur wordt met ingang van 2022 geactiveerd per datum ingebruikname (tot en met 2021 werd geactiveerd per 1 januari van het boekjaar). Dit verbetert het inzicht in de werkelijke afschrijvingslasten. 

Binnen Tilburg University worden de volgende afschrijvingspercentages (tenzij anders toegelicht):

  • Terreinen

0%

  • Inrichting terreinen

5% - 10%

  • Gebouwen

1,7% - 3,3% - 5% - 10%

  • Apparatuur en inventaris

10% - 25 %  

1.1.3.

 

Financiële vaste activa

 

Boekwaarde
31-12-2021

 

Investeringen 2022

 

Desinvesteringen
2022

 

Resultaat
2022

 

Boekwaarde
31-12-2022

             

1.1.3.1.

 

Deelnemingen in groepsmaatschappijen

          

1.1.3.1.4.

 

Deelneming Starterslift (TiU Knowledge Transfer)

 

7.719

 

-

 

-

 

4.228

 

11.947

1.1.3.7.

 

Effecten

          

1.1.3.7.3.

 

Overige obligaties

 

1.533.407

 

-

 

7.750

 

-30.572

 

1.495.085

  

Totaal Financiële vaste activa

 

1.541.126

 

-

 

7.750

 

-26.344

 

1.507.032

TiU Holding heeft een 100% deelneming in TiU Knowledge Transfer B.V. TiU Knowledge Transfer B.V. beheert de private activiteiten van Tilburg University voor de bevordering van maatschappelijke betekenis. TiU Knowledge Transfer B.V. heeft een 44% deelneming in Starterslift Investment B.V. 

De actuele waarde van de effecten per 31-12-2022 is € 1.507.032. Alle effecten zijn beursgenoteerd en vrij beschikbaar. De som van de herwaarderingen worden vermeld in de toelichting op het eigen vermogen.

Vlottende activa

1.2.2.

 

Vorderingen

 

31-12-2022

 

31-12-2021

       

1.2.2.1.

 

Debiteuren

 

8.636.740

 

8.897.216

1.2.2.9.

 

Waardering Onderhanden projecten

 

622.846

 

340.853

  

Subtotaal Vorderingen

 

9.259.586

 

9.238.069

       
  

Overlopende activa

    

1.2.2.11.

 

Belastingen en premies sociale verzekeringen

 

32.911

 

-

1.2.2.12.

 

Vooruitbetaalde kosten

 

5.062.478

 

5.321.978

1.2.2.13.

 

Verstrekte voorschotten

 

66.755

 

56.875

1.2.2.14.

 

Te ontvangen interest

 

1.568

 

15

1.2.2.15.

 

Overlopende activa overige:

    
  

Nog te ontvangen baten

 

3.578.146

 

2.601.550

  

Nog te ontvangen baten subsidieprojecten

 

3.938.785

 

3.573.822

  

Overige overlopende activa

 

-

 

940

  

Subtotaal Overlopende activa

 

12.680.643

 

11.555.180

1.2.2.16.

 

Voorziening oninbaarheid

 

-211.715

 

-214.056

  

Totaal Vorderingen

 

21.728.513

 

20.579.193

Met ingang van 2022 wordt het balanstotaal onderhanden projecten als een gesaldeerde post per project opgenomen, ofwel als waardering onderhanden projecten ofwel als vooruitontvangen termijnen onderhanden projecten. De vergelijkende cijfers over 2021 zijn conform aangepast.

De vooruitbetaalde kosten hebben voornamelijk betrekking op licenties, software en huur. 

De vorderingen hebben een resterende looptijd korter dan een jaar. 

1.2.4.

 

Liquide middelen

 

31-12-2022

 

31-12-2021

       

1.2.4.1.

 

Kasmiddelen

 

18.364

 

17.782

1.2.4.2.1.

 

Bankrekeningen

 

6.049.320

 

12.929.737

1.2.4.2.2.

 

Deposito

 

13.143.157

 

16.043.917

1.2.4.3.

 

Schatkistbankieren

 

78.880.331

 

37.520.679

  

Totaal Liquide middelen

 

98.091.172

 

66.512.116

In de liquide middelen is een bankgarantie opgenomen ter hoogte van € 508.870 (waarvan € 200.000 bij TIAS). De overige liquide middelen zijn vrij beschikbaar. Tilburg University heeft haar liquiditeiten per juli 2021 ondergebracht bij het Ministerie van Financien in het kader van Schatkistbankieren. 

Passiva

2.1.

 

Eigen vermogen

 

Stand
31-12-2020

 

Bestemming
resultaat 2021

 

Overige
mutaties 2021

 

Stand
31-12-2021

 

Bestemming
resultaat 2022

 

Overige
mutaties 2022

 

Stand
31-12-2022

                 

2.1.1.

 

Groepsvermogen

              

2.1.1.1.

 

Algemene reserve

              

2.1.1.1.1.

 

Algemene reserve (publiek)

 

107.439.080

 

3.269.796

 

4.549.648

 

115.258.524

 

6.209.915

 

856.544

 

122.324.986

2.1.1.1.2.

 

Algemene reserve (privaat)

 

8.973.991

 

81.790

 

-

 

9.055.781

 

-258.282

 

-88.816

 

8.708.683

2.1.1.1.3.

 

Algemene reserve deelnemingen (privaat)

 

3.256.643

 

612.882

 

-

 

3.869.525

 

455.885

 

-

 

4.325.410

2.1.1.1.4.

 

Algemene reserve geconsolideerde verbonden partijen

 

1.962.638

 

152.856

 

-

 

2.115.494

 

-83.472

 

-1.639.688

 

392.334

  

Totaal Algemene reserve

 

121.632.352

 

4.117.324

 

4.549.648

 

130.299.324

 

6.324.046

 

-871.960

 

135.751.413

                 

2.1.1.2.

 

Bestemmingsreserves publiek

              

2.1.1.2.

 

Bestemmingsreserves publiek

 

17.287.050

 

-

 

-4.549.648

 

12.737.402

 

-

 

-767.728

 

11.969.673

2.1.1.2.4

 

Bestemmingsreserves geconsolideerde verbonden partijen

 

-

 

-

 

-

 

-

 

-

 

1.639.688

 

1.639.688

  

Totaal Bestemde reserve

 

17.287.050

 

-

 

-4.549.648

 

12.737.402

 

-

 

871.960

 

13.609.361

                 

2.1.1.6.

 

Herwaarderingsreserve

 

156.500

 

-

 

25.850

 

182.350

 

-

 

-7.750

 

174.600

  

Totaal Groepsvermogen

 

139.075.902

 

4.117.324

 

25.850

 

143.219.076

 

6.324.046

 

-7.750

 

149.535.374

                 

2.1.2.

 

Aandeel van derden

 

645.290

 

62.148

 

-

 

707.438

 

84.330

 

-

 

791.768

                 
  

Totaal Eigen vermogen

 

139.721.192

 

4.179.472

 

25.850

 

143.926.514

 

6.408.376

 

-7.750

 

150.327.142

De bestemde reserves bij de faculteiten en divisies bestaan naast reserves voor huisvesting en ICT (m€ 0,8), decentrale arbeidsvoorwaarden (m€ 2,2) voornamelijk uit reserves voor projecten in het kader van de strategie van de universiteit en projecten ten laste van de eigen reserves van de eenheden (m€ 9,0). Aan alle reserves liggen goedgekeurde projectvoorstellen ten grondslag.

De bestemde reserve voor het universiteitsfonds betreft fondsen op naam en bedraagt m€ 1,6. 

De herwaarderingsreserve wordt aangehouden voor de waardeveranderingen van de onder de financiële vaste activa opgenomen effecten. Mutaties worden rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkt.

2.2.

 

Voorzieningen

 

Stand
31-12-2021

 

Mutaties
2022

 

Onttrekkingen
2022

 

Dotaties
2022

 

Vrijval
2022

 

Stand
31-12-2022

 

Saldo < 1 jr

 

Saldo > 1jr

                   

2.2.1.

 

Personele voorzieningen

                

2.2.1.1.

 

Reorganisatievoorziening

 

418.099

 

-

 

229.998

 

-

 

163.524

 

24.577

 

24.577

 

-

2.2.1.2.

 

Spaarverlof

 

2.083.853

 

-

 

271.369

 

274.364

 

-

 

2.086.848

 

347.808

 

1.739.040

2.2.1.3.

 

Eigen risico WGA

 

325.552

 

-

 

137.779

 

251.474

 

-

 

439.247

 

95.787

 

343.459

2.2.1.4.

 

Jubileumvoorziening

 

2.005.270

 

-

 

155.730

 

451.919

 

64.424

 

2.237.035

 

166.840

 

2.070.196

2.2.1.5.

 

Wachtgeld

 

874.370

 

-

 

649.511

 

712.630

 

382.374

 

555.115

 

524.074

 

31.041

2.2.1.6.

 

Langdurig zieken

 

548.715

 

-

 

483.829

 

614.628

 

29.090

 

650.424

 

532.729

 

117.695

2.2.1.7.

 

Overige personele voorzieningen

 

1.261.383

 

-

 

680.031

 

1.282.994

 

421.047

 

1.443.299

 

946.029

 

497.270

  

Totaal Personele voorzieningen

 

7.517.241

 

-

 

2.608.247

 

3.588.009

 

1.060.459

 

7.436.545

 

2.637.844

 

4.798.700

                   

2.2.4.

 

Overige voorzieningen

 

265.000

 

-

 

-

 

-

 

-

 

265.000

 

165.000

 

100.000

                   
  

Totaal Voorzieningen

 

7.782.241

 

-

 

2.608.247

 

3.588.009

 

1.060.459

 

7.701.545

 

2.802.844

 

4.898.700

De voorzieningen zijn tegen nominale waarde verantwoord, aangezien de tijdswaarde van geld niet materieel is. De personele voorzieningen voor de reorganisatie en het wachtgeld zijn gedaald. De reorganisatievoorziening loopt naar verwachting volgend jaar af. De voorziening voor het wachtgeld is gedaald door de gunstige arbeidsmarkt waarbij voormalige werknemers sneller een baan hebben gevonden. De stijging van de WIA wordt veroorzaakt door de toename van personen waardoor er een groot bedrag gedoteerd moet worden. Dit geldt ook voor de voorziening voor langdurig zieken. De overige voorzieningen zijn gelijk gebleven. 

2.4.

 

Kortlopende schulden

 

31-12-2022

 

31-12-2021

       

2.4.7.1.

 

Vooruit ontvangen termijnen onderhanden projecten

 

412.396

 

536.046

2.4.7.2.

 

Verliesvoorziening onderhanden projecten

 

830.267

 

552.176

2.4.8.

 

Crediteuren

 

9.290.730

 

6.125.076

2.4.9.1.

 

Loonheffing

 

6.672.373

 

6.238.770

2.4.9.2.

 

Premies sociale verzekeringen

 

1.836.113

 

1.725.907

2.4.9.3.

 

Omzetbelasting

 

629.520

 

1.377.419

2.4.9.4.

 

Vennootschapsbelasting

 

-

 

227.637

2.4.10.

 

Pensioenen

 

2.599.000

 

2.397.423

2.4.11.

 

Penvoerderfondsen

 

1.937.751

 

2.418.737

  

Subtotaal Kortlopende schulden

 

24.208.151

 

21.599.191

       
  

Overlopende passiva

    

2.4.13.1.

 

Vooruit ontvangen collegegelden

 

21.097.643

 

11.729.590

2.4.13.2.

 

Vooruit ontvangen collegegelden contratonderwijs

 

16.311.350

 

17.237.612

2.4.14.

 

Vooruit ontvangen subsidies OCW

 

103.619

 

133.550

2.4.16.1.

 

Vooruit ontvangen baten Subsidieprojecten

 

19.172.796

 

11.687.881

2.4.16.2.

 

Vooruit ontvangen baten Netspar

 

5.480.981

 

5.755.968

2.4.16.3.

 

Vooruit ontvangen baten Startersbeurzen

 

3.518.018

 

-

2.4.16.4.

 

Vooruit ontvangen baten Stimuleringsbeurzen

 

2.653.543

 

-

2.4.16.5.

 

Vooruit ontvangen baten Sectorplanmiddelen

 

1.675.623

 

-

2.4.16.6.

 

Vooruit ontvangen baten NPO middelen

 

3.467.361

 

2.815.000

2.4.16.7.

 

Vooruit ontvangen baten Overige

 

2.869.686

 

4.769.529

2.4.17.

 

Vakantiegeld en vakantiedagen

 

10.990.635

 

9.966.408

2.4.19.

 

Overige overlopende passiva

 

5.276.162

 

6.064.494

  

Totaal Overlopende passiva

 

92.617.417

 

70.160.033

       
  

Totaal Kortlopende schulden

 

116.825.568

 

91.759.224

Met ingang van 2022 wordt het balanstotaal onderhanden projecten als een gesaldeerde post per project opgenomen, ofwel als waardering onderhanden projecten ofwel als vooruitontvangen termijnen onderhanden projecten. De vergelijkende cijfers over 2021 zijn conform aangepast.

De post vooruitontvangen collegegeld is gestegen ten opzichte van vorig jaar. Deze toename heeft te maken het wegvallen van de verlaging van het collegegeld voor alle studenten in verband met COVID-19.

De balanspost vooruitontvangen baten subsidieprojecten is gestegen ten opzichte van vorig jaar. Deze toename heeft voornamelijk te maken met vooruitontvangen gelden voor projecten die starten in 2023.

De vooruitontvangen baten voor starters- en stimuleringsbeurzen en sectorplanmiddelen betreffen niet bestede middelen die zijn toegewezen in het kader van het Bestuursakkoord tussen universiteiten en OCWNPO-middelen betreffen zowel onderwijs als onderzoek.

De schulden hebben een looptijd korter dan een jaar. 

Geoormerkte doelsubsidies OCW 

G1 Verantwoording van subsidies waarvan het eventuele overschot wordt toegevoegd aan de lump sum

Omschrijving

 

Toewijzing
kenmerk

 

Datum

 

De activiteiten zijn ultimo verslagjaar conform de subsidiebeschikking geheel uitgevoerd en afgerond

       

Subsidieregeling extra hulp voor de klas

 

COHO21-20009

 

04-08-2021

 

Ja

G2A Subsidies die uitsluitend mogen worden aangewend voor het doel waarvoor de subsidie is verstrekt, aflopend per ultimo verslagjaar.

Omschrijving

 

Toewijzing
kenmerk

 

Datum

 

Bedrag van de toewijzing

 

Ontvangen t/m vorig verslagjaar

 

Totale subsidiabele kosten t/m vorig verslagjaar

 

Saldo per 1 januari verslagjaar

 

Ontvangen in verslagjaar

 

Subsidiabele kosten in verslagjaar

 

Te verrekenen per 31 december verslagjaar

                   

Subsidieregeling coronabanen in het hoger onderwijs

 

COHO10040

 

13-04-2021

 

261.085

 

261.085

 

172.907

 

88.178

 

-

 

-

 

88.178

Prof.leergemeenschappen

 

PLG 2013 15

 

02-12-2013

 

200.000

 

200.000

 

197.197

 

2.803

 

-

 

-

 

2.803

Prof.leergemeenschappen

 

PLG 2013 11

 

02-12-2013

 

200.000

 

200.000

 

199.547

 

453

 

-

 

-

 

453

Begeleiding startende leraren

 

BSL 2013 03

 

02-12-2013

 

1.296.000

 

1.296.000

 

1.283.816

 

12.184

 

-

 

-

 

12.184

      

1.957.085

 

1.957.085

 

1.853.467

 

103.618

 

-

 

-

 

103.618

De in model G2A verantwoorde bedragen betreffen niet bestede middelen en dienen in zijn geheel te worden terugbetaald. De vaststelling van de subsidies die in 2013 zijn toegekend heeft ondanks veelvuldige contact nog steeds niet plaatsgevonden. De vaststelling van de subsidie 1e tranche coronabanen is nog niet ontvangen. 

Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingen

Meerjarige financiële verplichtingen

Huurverplichtingen

Tilburg University heeft diverse huurovereenkomsten voor de huur van bedrijfsgebouwen en terreinen. De overeenkomsten hebben een einddatum van respectievelijk 14 april 2023, 30 september 2024, 30 november 2024, 30 november 2024, 31 maart 2025 en 31 augustus 2025 en 31 maart 2033. De totale verplichting bedraagt € 6.528.430, waarvan € 1.909.144 betrekking heeft op 2023, € 3.110.675 op de periode 2024-2027 en € 1.508.611 op de periode na 2027.

Daarnaast heeft TIAS Business School B.V. een huurovereenkomst voor een periode van 1 april 2017 tot 31 maart 2032 met een verplichting van € 835.174 voor 2023, € 3.605.072 voor de periode 2024-2027 en € 4.261.605 voor de periode daarna. Binnen de eerste vijf jaar heeft TIAS het recht om 50% van de eerste verdieping terug te geven. Wordt hier gebruik van gemaakt dan dient aan Trappenburch C.V. een boete van € 250.000 betaald te worden. Voor dit doel is er een bankgarantie afgegeven van € 200.000.

Materiële vaste activa

Met betrekking tot de realisatie van het gebouw Marga Klompé is Tilburg University in 2021 een contract aangegaan met een bouwbedrijf, voor een bedrag van € 16.641.426. Per ultimo boekjaar staat nog een verplichting open van € 10.499.115. De verwachte oplevering van het gebouw Marga Klompé is eind 2023.

Overigen

Tilburg University heeft een niet uit de balans blijkende verplichting voor onderhouds- en overige contracten met een verplichting van in totaal € 3.100.451. De contractwaarde van aflopende contracten in 2023 bedraagt € 362.000, tussen 2024 en 2025 is dit € 2.738.451.

De niet in de balans opgenomen verplichtingen inzake de fiscale eenheid

Stichting Katholieke Universiteit Brabant vormt met TiU Holding B.V., TIAS Business School B.V. en KUB Career Services B.V. een fiscale eenheid voor de BTW. Op grond van de Invorderingswet zijn de stichting en de genoemde rechtspersonen ieder hoofdelijk aansprakelijk voor ter zake door de combinatie verschuldigde belasting.